|
Nieuws
Brieven uit het archief. De volgende brieven, waaruit de fragmenten komen, zijn geschreven door mensen die zich om het welbevinden van Gustav Steiner bekommerden.
Margit Karner (Horn) aan Martha Lauer (Wenen):
14.11.1927 […] Gustav was reuze blij met het prentenboek en riep meteen iedereen in huis bij elkaar om er ook naar te kijken. Nu bekijkt hij het boek en de beelden elke dag en lacht soms daarbij intens hartelijk. Naast hem zit de poes die gespannen het schouwspel waarneemt. Het komt ook voor dat poes op het boek springt en dan valt hij naar haar uit. We gaan ook regelmatig naar buiten. Hij houdt van de natuur en zijn eerste vraag ’s morgens is meestal of we er weer op uit trekken. Het is een oprechte vreugde hem mee te maken. Over het geringste kan hij zich zeer verbazen en blij om zijn. Ik dank u hartelijke voor de schoenen. Voor nu hartelijke groeten aan u en mejuffrouw Lewis, Uwe Margit Karner
[op de achterkant in het handschrift van Gustav Steiner:] Beste mevrouw dr. Lauer! Gustav bedankt aardige mevrouw dr. Lauer voor het mooie prentenboek van Sneeuwwitje. Met de hartelijke groeten Gustav Steiner.
Na het ziek worden van Margit Karner werd in 1936 het huishouden van de familie Steiner in Horn opgeheven; de familiebrieven kwamen naar Dornach bij Marie Steiner en daarmee later in het bezit van het Rudolf Steiner Archief. Door bemiddeling van de arts Ferdinand Wantschura werd Gustav door de familie Jahn-Hamburger (Wenen, in het 19e district) opgenomen. Gedurende de oorlogsjaren verbleef de familie Jahn-Hamburger grotendeels in het landelijke Gersten.
Geplaatst op: 11-05-2014
|